Een opvallende bast - mooi afbladderend, wit of gestreept - of felgekleurde wintertwijgen… Sommige bomen springen juist hierdoor in het oog. Vooral in de rustperiode, als het blad van de bomen is, zorgt dit voor extra sierwaarde.
Basten die afbladderen
Bomen met een opvallende bast, doordat deze afbladdert, hebben een onverwachte schoonheid. Het afbladderen zorgt vaak voor mooie kleurschakeringen, wat een boeiend beeld oplevert. De sterk afbladderende Prunus serrula is hier een mooi voorbeeld van. Begint deze boom met afschilferen, dan komen er onder de aanvankelijk donkerbruine bast allerlei mahoniebruine tinten tevoorschijn. Later is de bast glimmend, egaal mahoniebruin. Gedijt deze boom goed, dan zie je dat terug in de stam. Krachtig groeiende exemplaren hebben namelijk de mooiste bast. Prunus serrula heeft nog een troef. Ook de rode herfstkleur van deze 6-8 m hoge boom is erg decoratief. Een andere Prunus met een opvallende bast is Prunus maackii ‘Amber Beauty’. Zowel de stam als de oudere takken zijn amberkleurig en schilferen mooi af. Deze boom geeft een witte, geurende voorjaarsbloesem, kleurt geel in het najaar en wordt 8-12 m hoog.
Ook Heptacodium miconioides (zevenzonenboom) heeft veel te bieden. Bij wat oudere exemplaren kleurt de bast van lichtgrijs naar geelbruin tot bruin om vervolgens in lange stroken af te schilferen. Deze vrij onbekende boom bloeit pas in september. Dan verschijnen de losse, witte pluimen die ook na de bloei nog wekenlang voor sierwaarde zorgen. Nadat de bloemblaadjes zijn afgevallen, groeien de bloemkelken uit en kleuren prachtig paars-rood. Heel anders dan de basten van bovengenoemde bomen is die van Pinus bungeana. De bast van deze dennenboom is werkelijk spectaculair. Bij oudere exemplaren schilfert deze af zoals bij een plataan, waardoor een opvallend grijs, lichtbruin en bruinrood camouflagepatroon ontstaat.